Verschil in aftrek tussen periodieke giften en andere giften in de inkomstenbelasting
De inkomstenbelasting kent twee vormen van giften die onder voorwaarden een persoonsgebonden aftrekpost kunnen vormen, te weten periodieke giften en andere giften. Een verschil tussen periodieke giften en andere giften is dat periodieke giften volledig in aftrek kunnen worden gebracht, terwijl voor andere giften beperkingen gelden. Andere giften komen pas voor aftrek in aanmerking voor zover zij samen het drempelbedrag overstijgen van € 60, of als dit hoger is, 1% van het verzamelinkomen voor toepassing van de persoonsgebonden aftrek. Daarnaast is de aftrek van andere giften gemaximeerd op 10% van het verzamelinkomen voor toepassing van de persoonsgebonden aftrek. Periodieke giften mogen daarentegen ongeclausuleerd in aftrek worden gebracht.
Giftenaftrek in de vennootschapsbelasting
Om een gift in aftrek te brengen binnen de vennootschapsbelasting gelden de volgende voorwaarden:
- de gift moet gedaan zijn aan een ANBI of steunstichting SBBI;
- de gift moet met schriftelijke bescheiden kunnen worden aangetoond; en
- de aftrek bedraagt maximaal 50% van de winst met een maximum van € 100.000.
Multiplier voor gift aan culturele instelling
In de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting is sinds 1 januari 2012 een multiplier opgenomen voor de aftrek van giften (zowel periodieke als andere giften) aan culturele instellingen. Giften aan een culturele instelling mogen voor de aftrek in de inkomstenbelasting worden vermenigvuldigd met 1,25 waarbij een maximale verhoging geldt van € 1.250. Voor de vennootschapsbelasting bedraagt de multiplier 1,5 met een maximale verhoging van € 2.500. De maximale aftrek wordt dus behaald bij een schenking van € 5.000.
Wat is een culturele instelling?
Een ANBI die zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend (90% of meer) richt op cultuur, kan op verzoek worden aangemerkt als culturele instelling. Om te kunnen worden aangemerkt als culturele instelling is vereist dat uit de regelgeving en de feitelijke werkzaamheden van de instelling blijkt dat de instelling zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend richt op cultuur. Of een ANBI is aangemerkt als culturele instelling wordt gepubliceerd in het ANBI-register op de website van de Belastingdienst.
Uit de parlementaire geschiedenis (TK 2011-12, 33006, nr. 6, p. 21) volgt dat van een culturele instelling sprake is als de instelling statutair en feitelijk is gericht op het ontwikkelen van activiteiten ter realisatie (of het doen realiseren) van cultureel aanbod en/of het verspreiden van cultuur en/of het beheren en behouden van cultuur.
Een indicatie voor het zijn van culturele instelling kan zijn of dat de instelling is aangesloten bij een relevante brancheorganisatie of in aanmerking komt voor een subsidie op grond van cultuurbeleid van Rijk, provincie of gemeente (inclusief publiek gefinancierde fondsen). Ook bepaalde verenigingen die het particulier belang overstijgen en instellingen die de cultuursector versterken, komen in aanmerking, zoals kenniscentra cultuur en private cultuurfondsen (voorbeelden zijn het Prins Bernhard Cultuurfonds en het VSB-fonds). Hierbij is van belang of deze instellingen (nagenoeg) geheel de hiervoor genoemde activiteiten ontplooien (TK 2011-20, 33003, nr. 17, p. 43).
Vragen?
Wilt u schenken aan een culturele instelling of zelf een culturele instelling opzetten? Neem dan gerust vrijblijvend contact op met mij hierover.