De bijtelling privégebruik
Ook in 2019 blijf de basisbijtelling voor privégebruik 22%. Deze bijtelling geldt voor auto’s met een datum eerste toelating van 2017 of later. Komt uw auto uit 2016 of eerder, dan geldt voor uw auto als basisbijtelling 25% en komt de auto nooit in de 22% terecht. Tenminste, wanneer de Hoge Raad straks oordeelt dat dit geen discriminatie van oudere auto’s inhoudt.
Voor een ‘nulemissieauto’ wijzigt de wet wel per 1 januari 2019. Voor een dergelijke (meestal elektrische) auto geldt een korting van 18%. Per saldo komt dit dus neer op een bijtelling van 4% (22% min 18%). Rijdt u in een oudere elektrische auto, en zitten de eerste 60 maanden van uw bijtelling er op? Dan hebt u ook recht op 18% korting, alleen voor u komt de rekensom op per saldo 7% (25% min 18%). Let op: de korting wordt per 1 januari 2019 beperkt. Dit komt er op neer dat u die 4% of 7% bijtelling alleen over de eerste € 50.000 van de cataloguswaarde van de auto mag rekenen. Rijdt u in een goedkopere auto, dan is er dus niets aan de hand. Rijdt u in een auto met een hogere cataloguswaarde? Dan betaalt u over het meerdere gewoon 22% bijtelling (of 25% voor de oudere auto’s). Deze belasting heet in de volksmond de Tesla-tax, hoewel deze natuurlijk ook voor alle andere automerken geldt. Komt uw elektrische auto uit 2018 of eerder? Dan krijgt u – als het goed is – pas met deze Tesla-tax te maken wanneer uw 60 maanden er op zitten. Overigens is de kans groot dat u tegen die tijd 22% betaalt over de hele cataloguswaarde een stuk groter, omdat deze regeling na 2020 waarschijnlijk komt te vervallen, maar daarvoor moeten we de Autobrief 3 afwachten. Rijdt u in een auto op waterstof? Dan hebt u fiscaal gezien geluk omdat u over de volledige cataloguswaarde 4% blijft betalen.
De motorrijtuigenbelasting met dieseltoeslag
Naast wat kleinere tariefaanpassingen in de motorrijtuigenbelasting, is er een meer ingrijpende maatregel op komst: de dieseltoeslag. Dit is een forse verhoging van de motorrijtuigenbelasting voor dieselauto’s zonder af-fabriek roetfilter. Voor deze auto’s gaat u een toeslag van 15% (bestelauto’s) of 19% (personenauto’s) betalen. Voor een gemiddelde personenauto is dit een paar honderd euro per jaar! Schrik niet: dit geldt niet voor alle dieselauto’s, maar voor auto’s van voor 1 september 2009. Bezit u zo’n auto, kijk dan even na of er een af-fabriek roetfilter op zit. Zo niet, denk er dan even over na of u er de extra motorrijtuigenbelasting voor over hebt, of dat het misschien tijd wordt om afscheid van de auto te nemen. Hoewel de ingangsdatum van deze – al aangenomen – wet 1 januari 2019 is, wordt de soep wat minder heet gegeten dat die is opgediend. Het lukt de Belastingdienst niet om de software op tijd aan te passen, dus de inwerkingtreding is een jaartje uitgesteld. Rijdt u in een bestelauto, dan geldt de toeslag zelfs pas wanneer de auto tegen die tijd 12 jaar of ouder is.
BPM
Let goed op, want de BPM beïnvloedt direct de aankoopprijs van uw auto, en daarmee bijvoorbeeld ook de bijtelling. Op BPM-gebied is iets bijzonders aan de hand, niet alleen per 1 januari, maar ook al op dit moment. De BPM voor een personenauto wordt namelijk berekend op basis van een standaardbedrag plus een CO2-afhankelijke toeslag. Bij een auto met een hoge CO2-uitstoot kan de BPM hierdoor zelfs boven de kale cataloguswaarde van de auto uitkomen. Kortom, de heffing kan nogal fors zijn. Nu weet inmiddels bijna iedereen, dat de officiële CO2-uitstoot niet overeenkomt met de werkelijke CO2-uitstoot. U hoeft de publicaties over sjoemelsoftware er maar op na te slaan. Om de werkelijke CO2-uitstoot te meten, is een nieuwe, meer realistische, testmethode ontwikkeld: de WLTP-methode. Het zal u niet verbazen dat nieuw geteste auto’s flink meer CO2-uitstoten dan de auto’s die met de oude methode getest zijn. Het gevolg is dat de nieuw geteste auto’s soms wel vele duizenden euro’s meer kosten dan de oud geteste exemplaren. Hierom is besloten dat de BPM-tabellen moeten worden aangepast. Gemiddeld is de heffing een procent of 7 lager dan de tabellen die anders per 1 januari zouden gaan gelden. Of dit het prijsverschil voldoende compenseert, is nog maar de vraag.
Conclusie
De autobelastingen blijven ook de komende jaren in beweging. Het goed in de gaten houden van de ontwikkelingen, kan u zomaar een fors fiscaal nadeel besparen.