Het inzagerecht in op de zaak betrekking hebbende stukken is gekoppeld aan het hoorrecht in een bezwaarprocedure.1 Dankzij een nieuw in te voeren artikel 66A Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR) komt daar mogelijk verandering in. Een belastingplichtige kan met dit nieuwe wetsartikel bij de inspecteur een afzonderlijk verzoek doen om inzage in alle gegevens […]
Lakken & schonen: Handreiking Douane gepubliceerd
De Amerikaanse rechter Louis D. Brandeis zei het al “Zonlicht is het beste ontsmettingsmiddel”. Transparantie en openheid van de overheid zijn essentieel voor een gezonde democratie. Eind vorig jaar stemde de ministerraad in met het Meerjarenplan Openbaarheid en Informatiehuishouding (2024-2025).1 In dit plan staat hoe bestuursorganen bij de Rijksoverheid invulling geven aan de ambitie voor […]
Termijnoverschrijding bij verzoek om ambtshalve vermindering
Een belastingplichtige die te laat is met het indienen van een bezwaar kan de inspecteur verzoeken om de aanslag ambtshalve te verminderen. De inspecteur merkt in de praktijk een te laat ingediend bezwaar automatisch aan als verzoek om ambtshalve vermindering. Dit volgt ook uit het Besluit fiscaal bestuursrecht. De inspecteur voert een verzoek om ambtshalve […]
Voortgang box 3-dossier: verschil tussen degenen die tijdig bezwaar hebben aangetekend en die dat niet hebben gedaan
De Hoge Raad oordeelde in december 2021 dat het box-stelsel vanaf 2017 in strijd is met het recht op ongestoord genot van eigendom en het discriminatieverbod. Er werd rechtsherstel aan belanghebbende geboden door te bepalen dat niet het forfaitaire rendement maar het werkelijke rendement in de heffing moet worden betrokken.
In vervolg op dit arrest is het collectieve bezwaar tegen de box 3-heffing in de jaren 2017 tot en met 2020 door de staatssecretaris gegrond verklaard. De staatssecretaris heeft ook al enige uitlatingen gedaan over de afhandeling voor de afgelopen jaren. Hieronder schets ik achtereenvolgens de gevolgen voor belastingplichtigen die bezwaar hebben aangetekend, de belastingplichtigen die geen bezwaar hebben aangetekend en de gevolgen ten aanzien van definitieve en voorlopige aanslagen en de aangifte 2021.
Ga voor de inhoud; weg met niet-ontvankelijkheid!
Niet-ontvankelijkheid. Het is een juridisch eindresultaat waar een verdachte in het strafrecht dolblij mee is als het Openbaar Ministerie dit in een vonnis om de oren krijgt. In het fiscale bestuursrecht ligt dat anders. Een niet-ontvankelijk bezwaar of beroep betekent dat een belanghebbende geen inhoudelijk oordeel krijgt van de Belastingdienst of een rechter. Als een burger niet binnen zes weken bezwaar maakt of beroep instelt, is alle rechtsbescherming door deze niet-ontvankelijkverklaring vrijwel verdwenen. Dit terwijl de overheid in het fiscale bestuursrecht zelf nauwelijks aan wettelijke termijnen is gebonden. In financiële één-op-één geschillen dienen wettelijke bezwaartermijnen geen enkel doel. Wij pleiten voor een nieuwe fiscale bezwaar- en beroepstermijn van minimaal zes maanden. Daarin staan wij niet alleen.
Toerekening kwade trouw belastingadviseur aan belastingplichtige, aldus Hof!
In de praktijk komt het voor dat een belastingplichtige al dan niet met of via zijn adviseur bewust of onbewust aangifte inkomstenbelasting doet naar een te laag inkomen. Bepaalde inkomsten worden bijvoorbeeld verzwegen of er worden gefingeerde kosten in aftrek gebracht. Vaak wordt dit bij het opleggen van de definitieve aanslag niet (door de systemen van de Belastingdienst) opgemerkt. De inspecteur kan de tot te lage bedragen opgelegde definitieve aanslagen onder voorwaarden corrigeren door navorderingsaanslagen op te leggen. In maart 2020 heeft het Gerechtshof Arnhem – Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:2020:2103) uitspraak gedaan in een zaak waarbij de navorderingsbevoegdheid aan bod kwam. In het bijzonder kwam daarbij de toerekening van de kwade trouw van de adviseur aan de belastingplichtige aan bod.
Het vertrouwensbeginsel: een obstakel voor naheffing!
Heeft de Belastingdienst in een bepaalde situatie vertrouwen gewekt bij een belastingplichtige, dan moet dat vertrouwen in rechte worden beschermd. Een beroep op het vertrouwensbeginsel wordt dan gehonoreerd, ook als dit tot een besluit leidt dat in strijd is met de wet. Dit is slechts anders indien het gewekte vertrouwen zodanig in strijd is met de wet dat de belanghebbende niet op nakoming door het bestuursorgaan mocht rekenen.
Een dwangsom van de Belastingdienst, wanneer heb ik daar recht op?
Ieder jaar worden er miljoenen belastingaanslagen opgelegd door de Belastingdienst. Vele daarvan worden direct door de belastingplichtige betaald. Is een belastingplichtige het niet eens met de aanslag dan wordt logischerwijs bezwaar aangetekend. Als de uitspraak te lang op zich laat wachten, dan heeft u recht op een dwangsom, mits aan alle voorwaarden daarvoor zijn voldaan.
Maak op tijd bezwaar tegen box 3-aanslag 2018!
In april 2019 heeft de staatssecretaris van Financiën ook de bezwaarschriften tegen de heffing in box 3 over 2018 als massaal bezwaar aangewezen. Op dit moment lopen ook al massaal bezwaarprocedures tegen de heffing in box 3 over de jaren 2012 t/m 2017. De spaarrentes zijn immers laag, waardoor de heffing relatief hoog uitpakt. Het aanwijzen als massaal bezwaar gebeurt bij grote hoeveelheden bezwaarschriften die over hetzelfde onderwerp worden ingediend. Maakt u ook bezwaar over 2018?
Het gevolg van schending van de hoorplicht in bewaarfase
Bent u tijdig in bezwaar gegaan tegen een beschikking van de Belastingdienst? Benut dan uw rechten optimaal. Maak vooral gebruik van het recht om te worden gehoord, want mogelijk kan het conflict dan zonder rechtelijke tussenkomst in der minne worden opgelost.