Volgend op het pensioenakkoord van 5 juni 2019 is op 3 september 2020 het Wetsvoorstel bedrag ineens, RVU en verlofsparen ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel bestaat uit drie onderwerpen: de afkoopmogelijkheid van een deel van de waarde van de aanspraken op het ouderdomspensioen, de tijdelijke versoepeling van RVU en de uitbreiding van de mogelijkheid tot verlofsparen.
Afkoopmogelijkheid deel waarde ouderdomspensioen
Ten eerste kunnen werknemers onder voorwaarden een deel van de waarde van de aanspraken op hun ouderdomspensioen tot uitkering laten komen (afkopen). Hiervoor geldt een aantal voorwaarden:
– de afkoop mag maximaal 10% van de waarde van de aanspraken op ouderdomspensioen betreffen;
– de gedeeltelijke afkoop dient plaats te vinden op de ingangsdatum van het ouderdomspensioen;
– de pensioenregeling mag geen hoog-laagpensioen (mogelijkheid om de hoogte van het ouderdomspensioen te laten variëren) bieden;
– de resterende levenslange pensioenuitkering moet na de gedeeltelijke afkoop boven de afkoopgrens van kleine pensioenen liggen (tenzij sprake is van een netto pensioen/netto lijfrente);
– de deelnemer mag alleen met toestemming van de begunstigde partner gebruik maken van het recht op gedeeltelijke afkoop.
De tijdelijke versoepeling van de RVU
Ten tweede krijgen werkgevers de mogelijkheid om hun werknemers in de maximaal 36 maanden voorafgaand aan de AOW-leeftijd een bedrag mee te geven om vervroegd te kunnen uittreden. Het gaat om een bedrag dat na inhouding van loonheffing gelijk is aan het nettobedrag van de AOW-uitkering zonder dat de werkgever daarover pseudo-eindheffing van 52% (RVU-heffing) verschuldigd is. De hoogte van het bedrag blijft gekoppeld aan de hoogte van de AOW-uitkering. De versoepeling is tijdelijk en loopt tot 1 januari 2026 met een overgangsregeling naar 2026 tot en met 2028.
Uitbreiding mogelijkheid verlofsparen
Ten derde wordt het verlofsparen uitgebreid van 50 naar 100 weken zonder dat de aanspraak daarop tot het loon uit dienstbetrekking behoort.
Overzicht verwachte maatregelen loonheffingen Belastingpakket 2021
betrekking tot wijzigingen in de loonheffingen voor 2021 bekendgemaakt. Wat de wijzigingen precies inhouden is nog niet bekend. Toch alvast een overzicht:
– Indien noodzakelijk: opname in het wetsvoorstel van een aantal al bij beleidsbesluit getroffen fiscale coronamaatregelen (te denken valt hierbij aan de verruiming van de vrije ruimte in de werkkostenregeling);
– Aanpassing van het heffingsmoment over aandelenoptierechten voor startups;
– Aanpassing van de korting op de bijtelling (zonder begrenzing) voor zonnecelauto’s;
– Verduidelijking van het begrip ‘publieke kennisinstellingen’ die zijn uitgezonderd van toepassing van de afdrachtvermindering speur- en ontwikkelingswerk;
– Aanpassing van de overgangsregeling van de levensloopregeling (de overgangsregeling zou na 31 december 2021 eindigen).
Wanneer treden de voorstellen in werking?
Het conceptwetsvoorstel bedrag ineens, RVU en verlofsparen is tot 9 december 2019 ter consultatie op internet aangeboden geweest. Bepaalde op- en aanmerkingen zijn in het wetsvoorstel meegenomen. Het is de bedoeling dat de versoepeling RVU en uitbreiding verlofsparen in werking treden op 1 januari 2021 en het ‘bedrag ineens’ op 1 januari 2022.
Heeft u vragen over deze maatregelen of over andere punten met betrekking tot de loonheffingen dan kunt u altijd contact met mij opnemen om deze te bespreken.